Een geknikte staart, een schoonheidsfoutje?

Sommige dieren zoals honden, katten, muizen en varkens hebben soms geen mooie rechte staart maar eentje met een rare knik erin…Hoe komt dit nou en wat betekent dit voor de rest van het dier?

Knikstaarten bij de kat

Er bestaan verschillende soorten knikstaarten. Ze kunnen aangeboren zijn of later verkregen. De knik kan een misvormde staartwervel zijn of de knik bevindt zich tussen twee normaal gevormde wervels. Een röntgenfoto kan laten zien om welke afwijking het nu gaat.

Knikstaarten komen voor bij meerdere diersoorten. Wetenschappelijk onderzoek naar dit fenomeen is eigenlijk alleen verricht bij muizen en niet bij honden en katten.

Hoe zit het in elkaar

De staart bestaat uit botjes met pezen, spieren en banden, bloedvaten en zenuwen. De botjes heten wervels en maken deel uit van het skelet. De aanleg van het skelet begint al in een vroeg stadium in de baarmoeder. Het ontwikkelt zich uit een van de drie kiembladen, het zogenaamde mesoderm.

Vanuit dit mesoderm vindt ook de ontwikkeling plaats van onder andere het bloedvatenstelsel (inclusief het hart), het spierstelsel en het urogenitaal-apparaat (nier en urinewegen en voortplantingsorganen).

Knikstaart

Genetische ontwikkeling

De hele ontwikkeling van eicel en spermacel tot kat wordt in principe gestuurd en bewaakt door de erfelijke factoren die het dier in zich heeft.

Mutaties treden (bij muizen en honden in ieder geval) regelmatig op. Hierdoor kunnen onder andere genetische defecten optreden. Gebeurt dit in het erfelijke materiaal (in zaadcel of eicel) dan zijn deze effecten overdraagbaar op de nakomelingen. Of deze defecten later echt te zien zijn hangt weer af van allerlei genetische factoren. Voor de ontwikkeling van de wervelkolom zijn bij de muis al twintig erfelijke factoren aangetoond. Dit is dus een gecompliceerd proces waar best wel eens iets mis kan gaan.

Mesoderm

Voorbeelden van erfelijk overdraagbare  defecten, welke kunnen ontstaan uit dit kiemblad, hebben wij met name bij honden gezien in de halswervels, borst- en rugwervels en lendenwervels. Er zijn ook voorbeelden van gespleten verhemelten, waterhoofden,

scheve kaken, misvormingen aan de ribben, teveel of te weinig tenen en te korte onderbenen.

Er kunnen ook afwijkingen optreden in andere orgaansystemen die vanuit het mesoderm worden aangelegd. Voorbeelden hiervan zijn de persisterende (blijvende) embryonale bloedvaten, een defect harttussenschot, niet goed aangelegde buizen van nieren naar blaas, het ontbreken van de anus of de anus en urinebuis hebben maar een gezamenlijke uitgang.

Binnen de meeste rasverenigingen heerst op dit moment de omgekeerde redenering: Eerst maar eens aantonen dat de knikstaart niet erfelijk is en dus het dier uitsluiten voor de fok.

Erfelijk of niet?

Of deze afwijkingen aangeboren en erfelijk zijn bij de kat is een vraag die vaak wordt gesteld maar waar we dus niet met zekerheid antwoord op kunnen geven omdat dit soort erfelijk onderzoek alleen bij muizen is uitgevoerd.

Een aangeboren afwijking kan natuurlijk ook nog door niet genetische factoren zijn ontstaan bijvoorbeeld door toedienen van bepaalde medicijnen tijdens de dracht. Een knikstaart kan ook enkele weken na de geboorte nog ontstaan en of dit aangeboren, erfelijk of een ongeluk betreft is dan maar de vraag.

Er gaan zelfs stemmen op om een knik tussen twee normaal gevormde staartwervels niet te zien als een erfelijk gebrek en deze dieren dus wel toe te staan voor de fok, zodat niet heel veel waardevol erfelijk materiaal verloren gaat zonder dat daar echt bewijzen voor zijn.

Bron: DKNW